Home > Nieuwsberichten > Uit ons jaarverslag: "Uit alle hoeken en gaten van het ziekenhuis kwamen collega's ons ondersteunen"

Uit ons jaarverslag: "Uit alle hoeken en gaten van het ziekenhuis kwamen collega's ons ondersteunen"



05/10/2021

Intensivist Martijn Hoeksema en IC-verpleegkundige Ton Blom over hun werk op de IC.

Tijdens de eerste, tweede en derde coronagolf zetten intensivist Martijn Hoeksema en IC-verpleegkundige Ton Blom zich vol overgave in voor de coronapatiënten op de intensive care. Hoe was deze periode voor hen? En wat staat hen nog bij?

Martijn Hoeksema herinnert het zich nog goed. “Eerst was corona nog een beetje ver van je bed, totdat opeens de eerste patiënten binnendruppelden. En dat ‘binnendruppelen’ werd al snel ‘binnenstromen’.” Ton Blom vult aan: “Alle bedden op de IC waren opeens bezet. We hebben plaats moeten maken op de recovery om iedereen kwijt te kunnen. Zo gingen we opeens van zes naar veertien IC-bedden. Daarnaast moesten we nog veel patiënten per ambulance naar een ander ziekenhuis laten brengen.”


Een raar ziektebeeld

Pratend over de coronagolven die op hen afkwamen, gebruiken beiden vaak het begrip ‘indrukwekkend’. Martijn: “Wat me nog steeds verbaast, is het rare ziektebeeld van COVID-19. Patiënten zijn heel erg ziek, hebben een laag zuurstofgehalte en ademen dertig tot veertig keer per minuut. En toch ervaren ze het niet als benauwdheid. Bij patiënten met een longontsteking of ernstig hartfalen kun je meestal geen gesprek meer voeren. Als je coronapatiënten spreekt, zeggen ze bijna allemaal dat het goed gaat en dat ze niet naar de IC hoeven.”

“Daar zit natuurlijk ook een deel angst bij. Mensen waren soms zo bang voor de IC. Daarom ging ik op een gegeven moment maar naar de COVID-afdeling om alvast kennis te maken en uit te leggen dat het niet het einde van de wereld hoeft te betekenen.” En dat bleek ook wel tijdens de eerste golf: “Opmerkelijk veel coronapatiënten hebben het toen gehaald. Dat heeft ook te maken met de gesprekken die we voerden met patiënten op hoge leeftijd en/of met onderliggende aandoeningen. Sommigen zagen van opname op de IC af.”


Aangrijpend

Tijdens de tweede en derde golf zorgden ontstekingsremmers zoals dexamethason ervoor dat minder mensen naar de intensive care moesten. Martijn: “De patiënten die nog wel op de IC lagen, waren wel veel zieker. Die kregen naast corona nog veel extra infecties en complicaties. In de eerste golf lagen mensen gemiddeld een maand bij ons. Nu hebben we een patiënt die al ruim 150 dagen bij ons is en telkens wordt teruggeworpen. Vanmiddag ga ik met hem mee in een wensambulance naar zijn huis. Dan kan hij even bij zijn familie zijn.”

Of ze zelf angst hadden voor het coronavirus? Ton Blom: “Thuis denk je er wel over na. Hoeveel risico loop ik? Wat houd ik er zelf aan over? Maar eenmaal op de IC ben je daar niet mee bezig. Veel erger was de situatie voor de patiënten en hun familie. Die moesten elkaar bij de voordeur gedag zeggen en konden elkaar een hele tijd niet zien. Vooral wanneer mensen nog jonge kinderen hebben, dan grijpt je dat wel aan.”


Hulp van vele collega’s

Beiden maakten vele extra uren. Martijn: “Met de vier intensivisten hebben we onszelf zo ingeroosterd dat er 24 uur per dag iemand aanwezig was. Dat was best pittig, maar omdat je het met elkaar doet, krijg je er ook energie van.” Gelukkig konden Martijn en Ton rekenen op de hulp van vele collega’s.

Martijn noemt onder meer de anesthesiologen. “In ons ziekenhuis hebben we het geluk dat ze allemaal al voorwachtdienst deden op de IC. We hadden dan ook veel ondersteuning aan deze ervaren IC-dokters. En laten we de apotheek niet vergeten. Zij namen de IC-verpleegkundigen veel werk uit handen, bijvoorbeeld door spuiten klaar te maken.”

Ton was verguld met de hulp van vele buddy’s: “Uit alle hoeken en gaten kwamen mensen naar onze afdeling om ons te ondersteunen. Dat betekende voor mij wel een hele andere manier van werken, maar het is vooral heel mooi om te zien dat iedereen de schouders eronder zet.”


Support van buitenaf

Zeker in het begin van de coronacrisis kwam de support ook van buitenaf. Ton: “We kregen maaltijden, kaarten, bloemen – velen droegen ons een warm hart toe. Die support brokkelde wel een beetje af in de tweede en derde golf. Toen groeide het aantal berichten op social media en in het nieuws die de situatie bagatelliseerden. Dat vond ik wel jammer.”

Martijn herkent dat: “Tijdens de eerste golf voelde het als een vijfkilometerloop, waarbij iedereen je aan de kant stond toe te juichen. Bij de derde golf was het meer een marathon waarbij de eindstreep steeds verder werd gelegd en het publiek al naar huis was. Tegelijkertijd begrijp ik ook wel dat de support vanuit de maatschappij minder werd. Voor heel veel mensen, zoals mijn eigen kinderen, is corona niet direct levensbedreigend en toch wordt hun leven enorm ingeperkt.”


Om nooit meer te vergeten

Veel dankbaarheid is er van de patiënten die ze weer beter mochten maken. Ton: “Vandaag sprak ik nog een patiënt die maandenlang bij ons op de IC was. Toen lag hij er nog als een blaadje bij en nu komt hij opeens weer binnenlopen met een paar kilo’s op zijn buik.”

Martijn: “Soms had je patiënten, waarbij je je afvroeg: is dit nog wel met het leven verenigbaar? Ik kan me nog herinneren dat we een partner er al bij hadden geroepen, omdat we niet wilden dat ze te laat zou komen. Ze was erbij toen we met z’n allen het gevecht voerden. Later liet ze ons weten hoe diep ontroerd ze was over hoe het we deden en met hem omgingen. De man is er gelukkig goed doorheen gekomen en kon tijdens het nagesprek nog precies vertellen hoe die periode op de IC voor hem was. Dat zijn momenten, die vergeet je nooit meer. Die dankbaarheid is echt prachtig.”

Lees hier ons hele jaarverslag

Bezoekadres

Koningin Julianaplein 58
1502 DV Zaandam

Bezoektijden

16.00 - 19.30 uur (gehele week)
11.00 - 12.00 uur (alleen weekend)

© 2024 Zaans Medisch Centrum  - alle rechten voorbehouden | Privacy statement | Cookie verklaring | Responsible disclosure